Verschillen CAP PB en CAO G4S AS

Verschillen cao’s beveiliging
Opmerkingen vooraf
Uiteraard verschilt de werkingssfeer van elk van de cao’s. In alle drie de cao’s zijn ook uitzonderingen op de werkingssfeer opgenomen. Los van deze verschillen, staan in onderstaande tabel de verschillen tussen de cao’s die direct van toepassing kunnen zijn op de arbeidsvoorwaarden van een beveiliger.
De onderstaande tabel geeft de kern van de verschillen (dus niet de integrale teksten) tussen de drie cao’s aan. Sommige details in een cao kunnen van invloed zijn op het exacte antwoord op de vraag of de arbeidsvoorwaarden in de ene cao minimaal gelijkwaardig zijn aan de arbeidsvoorwaarden in de andere cao. Bij het uitbrengen van een advies of een nieuwe arbeidsovereenkomst minimaal gelijkwaardig is aan de vorige arbeidsovereenkomst is het dus zaak om de desbetreffende cao-teksten tot in detail te analyseren.

OnderwerpCao PBCao G4S AS
DienstDe aaneengesloten periode waarbinnen de werknemer arbeid verricht. De periode kan onderbroken worden door ten hoogste één of meerdere onbetaalde pauzes van tezamen maximaal 1 uur, waarin de werknemer vrij over zijn tijd kan beschikken.De aaneengesloten periode waarbinnen de werknemer arbeid verricht. De periode kan onderbroken worden door ten hoogste één onbetaalde pauze van maximaal 1 uur, waarin de werknemer vrij over zijn tijd kan beschikken.
FulltimerDe werknemer die conform zijn
arbeidsovereenkomst 152 uur per
loonperiode arbeid verricht.
De werknemer die conform zijn
arbeidsovereenkomst gemiddeld 40 uur per week arbeid verricht (173.33 uur per
loonperiode). Per 1 januari 2021 zal de
gemiddelde arbeidsduur teruggebracht worden naar 39 uur per week (169 uur per loonperiode). Per 1 januari 2022 zal de gemiddelde arbeidsduur teruggebracht worden naar 38 uur per week (164,67 uur per loonperiode).
LoonperiodeEen periode van 4 aangesloten weken
waarover loon aan de werknemer wordt
uitbetaald.
Het tijdvak waarover aan de werknemer het loon wordt uitbetaald is één kalendermaand.
LooptijdDe tijd vanaf het moment van afsturen naar een positie tot aanvang van de statijd en de tijd vanaf einde van die statijd tot de aanvang van de daaropvolgende statijd of tot de
aankomst in lounge/personeelsruimte.
Min-max-contract
NachtdienstEen dienst waarvan meer dan een uur
arbeid wordt verricht tussen 00.00 en 06.00
uur.
Een dienst waarvan de uren tussen 0.00 uur en 06.00 uur geheel of gedeeltelijk zijn inbegrepen.
NB: kan dus minder dan een uur zijn.
PauzeEen onderbreking van minimaal een kwartier en maximaal 1 uur waarin de werknemer vrij over die tijd kan beschikken.Een onderbreking van minimaal een kwartier en maximaal 1 uur waarin de werknemer vrij over die tijd kan beschikken. Pauze is exclusief looptijd.
WeekVan zondag 00:00 uur tot zaterdag 24:00 uur.Van maandag 00.00 uur tot zondag om 24.00 uur.
ZiektegeldHet loon als bedoeld in artikel 7:629
Burgerlijk Wetboek. Voor de fulltimer wordt het ziektegeld betaald over 152 uur per loonperiode.
Voor de parttimer wordt het aantal uur
waarover ziektegeld moet worden betaald gebaseerd op de gemiddelde arbeidstijd per dag over de 52 weken voorafgaand aan de arbeidsongeschiktheid, tenzij het aantal contractuele uren hoger is.
Het loon van de werknemer alsof hij niet
arbeidsongeschikt zou zijn vermeerderd met de in de voorgaande 3 loonperioden verdiende gemiddelde onregelmatigheidstoeslag. De gemiddelde onregelmatigheidstoeslag wordt berekend door de som van de toeslag bijzondere uren, feestdagentoeslag, toeslag in het vakantieloon, toeslag in het ziektegeld en het structurele overwerk (inclusief overwerktoeslag) te delen door het aantal arbeidsuren Adv-uren tellen in dit kader niet mee als arbeidsuren. Voor de parttimer wordt het aantal uur waarover ziektegeld moet worden betaald gebaseerd op de gemiddelde arbeidstijd per dag over de 6 loonperioden voorafgaand aan de arbeidsongeschiktheid, tenzij het aantal contracturen uren hoger is.
Keuzesysteem
arbeidsvoorwaarden
Artikel 8
• Kan op ondernemingsniveau geregeld
worden.
• Bronnen:
o Bovenwettelijke vakantiedagen
o Extra vakantiedagen in verband met
lengte dienstverband (artikel 64)
o Seniorendagen zoals bedoeld in
artikel 80.
Verkopen bovenwettelijke
vakantiedagen desbetreffende jaar opgebouwd en extra vakantiedagen in
verband met lengte dienstverband.
• Mogelijkheid om per jaar 18 extra
vakantiedagen te kopen. Deze
vakantiedagen moeten dan wel in hetzelfde jaar opgenomen worden. Lukt dat niet dan worden de dagen aan het einde van het jaar weer uitbetaald tegen de aanschafwaarde. De extra gekochte
dagen neemt de werknemer als eerste
op.

• Voor parttimers geldt de aantallen te
kopen en verkopen dagen naar rato.
Artikel 8
• Kan op ondernemingsniveau geregeld
worden.
• Bronnen:
o Bovenwettelijke vakantiedagen
o Extra vakantiedagen in verband met
lengte dienstverband (artikel 64)
o Seniorendagen
o ADV-dagen
Geen mogelijkheid tot verkoop
vakantiedagen.
• Mogelijkheid om 5 extra vakantiedagen te kopen.
• Voor parttimers is waarde vakantiedag
naar rato.
Uitzendkrachten /
payrollers
Artikel 9
• Samengevat komt het er op neer dat
arbeidsvoorwaarden cao ook van
toepassing zijn op uitzendkracht /
payroller.
Ten hoogste 20% van het vaste
personeelsbestand van werkgever mag
bestaan uit uitzendkrachten en/of
payrollers.
Artikel 9
Dezelfde inhoud als cao PB, met
toevoeging dat ook adv van toepassing
is op de uitzendkracht / payroller.

Dezelfde inhoud als cao PB.
Ongevallen
verzekering
Artikel 10
• Werkgever is verplicht een collectieve
ongevallenverzekering met een 24-uurs-dekking af te sluiten voor alle werknemers bij hem in dienst.
Werknemer heeft in geval van een ongeval recht op een eenmalige uitkering van:
o Ten minste 1x jaarloon bij overlijden
o Ingeval van algehele blijvende
invaliditeit maximaal 1,5x jaarloon.
o Jaarloon is 13 loonperioden volgens de definitie van ziektegeld, vermeerderd met 8% vakantietoeslag.
Artikel 10
• Werkgever is verplicht een collectieve
ongevallenverzekering met een 24-uurs-dekking af te sluiten voor alle werknemers bij hem in dienst. Werknemer heeft in geval van een ongeval recht op een eenmalige uitkering
van:
o Ten minste 2x jaarloon bij overlijden
o Ingeval van algehele blijvende invaliditeit maximaal 3x jaarloon.
o Jaarloon is 12 loonperioden volgens de definitie van vakantieloon, vermeerderd met vakantietoeslag.
Aangaan arbeids
overeenkomst
Artikel 12
• Bij aangaan arbeidsovereenkomst geldt de wettelijke proeftijd. Voor de
aspirant-beveiliger geldt een
wederzijdse proeftijd van twee
maanden.
Artikel 12
Dezelfde inhoud als cao PB
Parttime arbeids
overeenkomst
Artikel 13

Vast model of groeimodelBij vast model is arbeidsduur niet meer dan overeengekomen arbeidsduur. Bij een groeimodel kan werknemer niet verplicht worden tot overschrijding van
uren voor fulltimer.Werknemer mag keuze wijzigen. Van groeimodel naar vast model alleen per loonperiode 1 en loonperiode 7.Als werknemer in aaneengesloten
periode van 13 weken meer uren maakt dan contracturen, dan kan werknemer verzoeken contracturen te verhogen naar gemiddelde over die 13 weken. Werkgever moet aan dat verzoek gevolg geven. Loonperioden 7, 8, 9 en 13 zijn bij de telling uitgesloten, maar er vindt wel doortelling plaats.
Artikel 13
Dezelfde inhoud als cao PB, met dien
verstande dat bij verzoek verhoging
contractduur loonperioden 7, 8, 9 en 12 zijn
uitgesloten bij de telling.
OnderwerpCao PB Cao G4S AS
AfroepovereenkomstArtikel 14
• Artikel BW 7:628 geldt voor de eerste
zes maanden van de
afroepovereenkomst niet voor de uren
waarop geen arbeid is verricht.
• Als afroepovereenkomst ten minste 13
weken heeft geduurd, kan afroeper,
indien hij in een volgende
aaneengesloten periode van 13 weken
structureel gemiddeld minimaal 5 uur
heeft gewerkt, zijn contract omzetten in
een parttime overeenkomst (vast model
of groeimodel). Daarvoor gelden verder
dezelfde bepalingen als voor parttimer
(zie artikel 13)
Artikel 14
• Artikel BW 7:628 geldt niet voor de uren
waarop geen arbeid is verricht.
Dezelfde voorwaarden als in cao PB en
verder overeenkomstig de bepalingen in
cao G4S AS voor parttimer (artikel 13).
Stage / stagiair
BBL-er / aspirant
Artikel 15
• De BBL wordt beschouwd als aspirant
beveiliger. De aspirant-beveiliger sluit
een arbeidsovereenkomst met een
werkgever.
Artikel 15
Dezelfde inhoud als cao PB. Maar niet alleen
van toepassing op BOL, maar ook op BBL
ers.
• De status van een BBL-er is in de cao
G4S AS wat vaag. Artikel 15 lijkt ook van
toepassing op de BBL-er, maar de BBL-er
lijkt ook hier te worden beschouwd als
aspirant-beveiliger. Een aspirant
beveiliger sluit een arbeidsovereenkomst
met werkgever.
Aanpassing
arbeidsduur
Artikel 16
Werknemer kan zijn fulltime contract laten
omzetten in een parttime contract.
Artikel 16
Dezelfde inhoud als cao PB.

Onderwerp
Cao PBCao G4S AS
Beëindiging en
opzegtermijnen
Artikel 17
• Opzegtermijn bij contract voor
onbepaalde tijd is twee loonperioden,
zowel voor werknemer als werkgever.
• Een arbeidsovereenkomst voor
bepaalde tijd kan tussentijds opgezegd
worden. Indien de arbeidsovereenkomst
is aangegaan voor een periode korter
dan 2 jaar, is de opzegtermijn een
maand (!). In overige gevallen is de
opzegtermijn twee maanden (!).
Opzegging kan geschieden tegen elke
dag.
Artikel 17
Dezelfde inhoud als cao PB, met als
aanvulling dat het bepaalde in artikel 7:670 lid
1 BW (opzegging tijdens
arbeidsongeschiktheid) niet van toepassing is
op de werknemer met een AOW-uitkering.
SchorsingArtikel 18
De schorsing kan maximaal 7 dagen
duren.
Artikel 18
• De schorsing kan maximaal 14 dagen
duren.
Arbeidsduur
verkorting
Artikel 20
Geen reguliere adv meer (nog wel
seniorendagen) in cao PB. Daarom in 2013
uurloon eenmalig met 5,25% verhoogd.
Artikel 20
Werknemers van G4S AS hebben wel ADV
dagen. De bepalingen daarover staan in
artikel 20 beschreven.
InroosterenArtikel 21 en artikel 23 lid 1
• Iedere donderdag deelt werkgever het
rooster mede voor een periode van 28
dagen (voortschrijdend systeem).
• Per loonperiode maximaal 20
tijdvakken en/of arbeidstijd.

• Voor de parttimer vast model is de totale
omvang van tijdvakken en/of arbeidstijd
gelijk aan het parttimepercentage * 200.
• Per loonperiode minimaal 8 roostervrije
dagen, waarvan minimaal 2 periodes
van twee aangesloten roostervrije
dagen. Daarvan is er weer minimaal 1
een weekend.
• Werknemer recht op voorkeur
uitspreken voor de roostervrije dagen.
Dat moet hij uiterlijk 35 dagen
voorafgaande van de loonperiode
schriftelijk doen. Indien werkgever niet
binnen 7 dagen verzoek schriftelijk en
gemotiveerd (op basis van artikel 65 lid
6), wordt de aanvraag geacht te zijn
toegekend.

Iedere donderdag deelt de werkgever de
diensten van de daaropvolgende week
mede aan de werknemer. Indien de
dienst is aangezegd, vervalt het tijdvak.
Artikel 21
• Een deel van de roosterafspraken niet in
cao, maar afgesproken met OR. Bij G4S
AS vullen de werknemers de voorkeuren
voor hun diensten/tijdvakken aan
voortschrijdend 6 weken vooruit.

Volgens ongeschreven regel is het de
bedoeling dat de planning minimaal 75%
van de voorkeuren honoreert.
Geen bepaling over aantal tijdvakken per
roosterperiode.
Hetzelfde als in de cao PB.
Geen bepaling over voorkeur roostervrije
dagen. Maar zit min of meer inbegrepen
in het zelfroosteren van medewerkers
(zie eerste punt).
Geen bepaling hierover in cao. Maar in de
praktijk werkt het wel zo, conform
roosterafspraken gemaakt tussen G4S AS
en de OR.
OnderwerpCao PBCao G4S AS
Wijzigen roosterArtikelen 22 t/m 24
• Indien na bekendmaken rooster op
donderdag werkgever en werknemer
overeenstemming bereiken over
wijziging van rooster waardoor deze
buiten het reeds eerder aangezegde
tijdvak en/of arbeidstijd valt, ontvangt de
fulltimer een verschuivingstoeslag.

• Werkgever kan per jaar 8x zonder
instemming van fulltimer (NB:
zogenaamde jokerdag) tijdvakken en/of
arbeidstijd verschuiven, dan wel de
fulltimer verplichten 168 uur per
loonperiode te werken. Het gaat niet om
een kalenderjaar, maar om
voortschrijdend binnen een jaar.
Een parttimer met een groeimodel kan
niet worden verplicht om een extra
dienst te werken.
• De fulltimer kan maximaal 4 dagen
aanwijzen waarop de werkgever geen
jokerdag kan inzetten. Als de fulltimer
hiervan gebruik wil maken, geeft hij dit
28 tot 21 dagen voorafgaand aan het
desbetreffende tijdvak en/of
arbeidstijd aan.
Artikel 21 lid 4
Verschuivingstoeslagen en jokerdagen
komen niet voor bij G4S AS. Dat heeft
te maken met het gedeeltelijk
zelfroosteren van de medewerkers.
• De werkgever kan de werknemer niet
verplichten werkzaamheden te
verrichten op een eerder vastgestelde
roostervrije dag.
OverwerkArtikel 25
• De werknemer is verplicht overwerk te
verrichten, indien dat in het belang van
de onderneming noodzakelijk is. Daarbij
geldt een maximum aantal arbeidsuren
van 160 per loonperiode.
• Het is overwerk wanneer de werknemer
meer dan 152 uur per loonperiode
arbeid verricht.
• Werknemer hoeft alleen op basis van
vrijwilligheid langer dan 10 uur per dienst
te werken. Dit is dan niet per definitie
overwerk. Wel is in dat geval de
verschuivingstoeslag van toepassing.

• De parttimer kan niet verplicht worden
tot overwerk.  
Artikel 22
• De werknemer is verplicht overwerk te
verrichten, indien dat in het belang van de
onderneming noodzakelijk is. Daarbij
geldt een maximum aantal arbeidsuren
van 176 per vier weken.
• Arbeidsuren worden als overwerk
aangemerkt indien deze:
o Meer dan 160 uur per
roosterperiode bedragen en/of
o De dienst of gebroken dienst een
arbeidstijd van 9 uur overschrijdt.

• De parttimer kan niet verplicht worden
tot overwerk.
OnderwerpCao PBCao G4S AS
MinurenArtikel 26
• Indien een werknemer in een
loonperiode minuren heeft, kan hij
worden verplicht deze minuren in een
latere loonperiode in te halen.
Per loonperiode bedraagt het aantal
minuren maximaal 24.
• De totale omvang van het aantal
minuren bedraagt maximaal 80. Vanaf
loonperiode 1 2019 zal het maximum
aantal op te bouwen minuren elk jaar
per jaar met 10 worden verminderd
totdat een maximum van 40 is bereikt.

• Er is geen vervaldatum voor eens
opgebouwde minuren.
• Een parttimer hoeft minuren alleen op
vrijwillige basis in te halen.

• Bij einde dienstverband zijn minuren
voor rekening werkgever (toelichting
in FAQ op blz. 136).
Artikel 36 lid 5 en lid 6
Geen grens aan opbouw overloopuren
per loonperiode en aan totaal.
• De overloopuren dienen door werknemer
in maximaal 13 weken gewerkt te worden. Vervaldatum is dus 13 weken na loonperiode dat overloopuren zijn ontstaan.
Parttimer met vast model kan de facto
niet worden verplicht overloopuren in te
halen. Want overloopuren is per definitie
overwerk. En parttimer kan niet worden
verplicht tot overwerk.
Parttimer met groeimodel kan de facto
worden verplicht tot inhalen overloopuren tot aan fulltimenorm.
Fulltimer kan de facto per roosterperiode maximaal 16 overloopuren inhalen, vanwege
bepalingen maximum arbeidsduur. In combinatie met de Arbeidstijdenwet zijn
de facto de overloopuren voor fulltimer
daarmee begrensd op 64 overloopuren.
Want meer uren kunnen niet voor vervaldatum worden ingehaald.
• Bij einde dienstverband worden overloop-uren verrekend met het salaris.
Dit kunnen er in theorie dus veel meer dan de de-factogrens van 64 zijn.

Medewerker
algemeen reserve
Artikel 27De cao G4S AS kent geen medewerker
algemeen reserve.
Maximum arbeidstijdArtikel 28
De maximaal te werken uren:
• 10 uur per dienst (werkgever kan in
overeenstemming met de vakbonden
hiervan afwijken);
• 60 uur per week;
Gemiddeld 55 uur per week in elke
periode van 4 achtereenvolgende
weken;
Gemiddeld 48 uur per week in elke
periode van 16 achtereenvolgende
weken.
Artikel 26
De maximaal te werken uren:
• 10 uur per dienst;
• 60 uur per week (NB: niet expliciet in
artikel 26 opgenomen trouwens, maar is
volgens Arbeidstijdenwet).
Gemiddeld 50 uur per week in elke
periode van 4 achtereenvolgende
weken;

Gemiddeld 45 uur per week in elke
periode van 13 achtereenvolgende
weken.            
OnderwerpCao PB Cao G4S AS
Maximum arbeidstijd
bij overwerk
Artikel 29
Afwijking van artikel 28 is alleen toegestaan
in geval dat overwerk door een onvoorziene
wijziging van omstandigheden die incidenteel
en niet-periodiek is, of als de aard van de
arbeid, incidenteel en voor korte tijd, dit
noodzakelijk maakt.
Artikel 28
Dezelfde tekst als cao PB.
Dagelijkse
onafgebroken rusttijd
Artikel 30
• De werknemer heeft recht op een
dagelijkse onafgebroken rusttijd van ten
minste 11 uur in een periode van 24
uur.
• In afwijking van de Arbeidstijdenwet is
het niet toegestaan deze rusttijd in te
korten.
Artikel 24
• De werknemer heeft recht op een
dagelijkse onafgebroken rusttijd van ten
minste 11 uur in een periode van 24 uur.
• Deze rusttijd mag 1x per periode van 7
maal 24 uur door de werkgever tot 8 uur
worden ingekort.
Wekelijke
onafgebroken rusttijd
Artikel 31
• De werknemer heeft recht op een
wekelijkse onafgebroken rusttijd van:
o Ten minste 36 uren in elke periode
van 7 maal 24 uur, of
o Ten minste 72 uren in elke
periode van 14 maal 24 uren,
• Deze rusttijd mag worden opgesplitst
in periode van minimaal 32 uur.
Artikel 23
• De werknemer heeft recht op een
wekelijkse onafgebroken rusttijd van ten
minste 36 uren in elke periode van 7 maal
24 uur.
• Deze rusttijd mag 1x per periode van 5
elkaar opvolgende weken door de
werkgever tot 32 uur worden ingekort.
ZondagarbeidArtikel 32
Werknemer heeft recht op ten minste 16 vrije
zondagen per jaar waarop geen arbeid wordt
verricht.
Artikel 25
Dezelfde tekst als in cao PB.
NachtdienstArtikel 33
Inhoud m.b.t. nachtdiensten in de drie cao’s
gelijk, behalve:
Maximale duur nachtdienst is 9 uur.
Werknemer kan aangeven geen
bezwaar te hebben om langer te
werken dan 9 uur bij nachtdienst die
aanvangt tussen 00:00 en 06:00 uur.
• In elke periode van 16 aaneengesloten
weken waarin werknemer 16 of meer
keer arbeid in een nachtdienst
verricht, bedraagt de arbeidstijd in die
periode van 16 weken gemiddeld 40
uur per week.
• De werknemer heeft na een nachtdienst
die eindigt na 02:00 uur recht op een
onafgebroken rusttijd van ten minste 14
uur. In afwijking van de Arbeidstijdenwet
is het niet toegestaan deze rusttijd in
te korten.
Artikel 27
Inhoud m.b.t. nachtdiensten in de drie cao’s
gelijk, behalve:
Maximale duur nachtdienst is 9 uur.
Geen bepaling dat werknemer kan
aangeven geen bezwaar te hebben tegen
langere nachtdienst.
• De werknemer die nachtdienst verricht
heeft een arbeidstijd van gemiddeld 40
uur per week in elke aaneengesloten
periode van 13 weken.
• De werknemer heeft na een nachtdienst
die eindigt na 02:00 uur recht op een
onafgebroken rusttijd van ten minste 14
uur. Deze rusttijd mag door de
werkgever eenmaal per periode van 7
maal 24 uur worden ingekort tot 8 uur
(exclusief reistijd).
PauzeArtikel 34
• Indien de arbeidstijd per dienst meer
dan 5,5 uur maar niet meer dan 8 uur
bedraagt, heeft de werknemer recht op
een ononderbroken pauze van ten
minste een half uur.
• De werknemer die
beveiligingswerkzaamheden verricht
zonder enig direct contact met een
andere werknemer die vergelijkbare
werkzaamheden verricht, heeft als
enige geen recht op pauze. Ter
compensatie heeft hij recht op een
maximale arbeidsduur van gemiddeld
38 uur per week in elke periode van 16
achtereenvolgende weken.
Artikel 29
Dezelfde inhoud als cao PB, behalve:
• De werknemer die
beveiligingswerkzaamheden verricht
zonder enig direct contact met een
andere werknemer die vergelijkbare
werkzaamheden verricht, heeft als enige
geen recht op pauze. Ter compensatie
heeft hij recht op een maximale
arbeidsduur van gemiddeld 40 uur per
week in elke periode van 13
achtereenvolgende weken.
ConsignatieArtikel 35
• De werknemer mag maximaal
gemiddeld 45 uur per week in elke
periode van 13 achtereenvolgende
weken arbeid verrichten.
Indien de consignatie geheel of
gedeeltelijk tussen 00:00 en 06:00 uur
is opgelegd, mag de werknemer
maximaal gemiddeld 40 uren per week
in elke periode van 13
achtereenvolgende weken arbeid
verrichten.
Artikel 32
Dezelfde inhoud als de cao PB.
OnderwerpCao PBCao G4S AS
Dienstruiling op
verzoek
Artikel 36
Dienstruiling op initiatief van de werknemer
vereist de instemming van de werkgever en
kan geen aanspraak tot gevolg hebben op
een vergoeding (ander dan de vergoeding
voor bijzondere uren) waarop zonder
dienstruiling geen aanspraak zou bestaan.
Artikel 34
Dezelfde tekst als cao PB.
SalarisschalenArtikel 39
• De werknemer die met de werkgever
een praktijkovereenkomst in het kader
van de Wet Educatie Beroepsonderwijs
heeft afgesloten ontvangt de eerste 4
weken van de opleiding een
basissalaris van 50% van het in de
salarisschalen vermelde basissalaris.
Na afloop van de 4 weken wordt dit
verhoogd naar 100%.
Artikel 38
Dezelfde tekst als cao PB
Toepassing van de
salarisschalen
Artikel 40
Geen aanloopschalen.
Artikel 39
Dezelfde inhoud als cao PB
Loonsverhoging
NB: tekst met
betrekking tot 2019
en eerder voor deze
vergelijking buiten
beschouwing
gelaten.
Artikel 4
• Op de eerste dag van de eerste
loonperiode van 2020, 2021, 2022 en
2023 worden telkens zowel de
salarisschalen als de feitelijke
salarissen structureel verhoogd met
2,5%.
• De loonstijging bedraagt in de periode
2020-2023 ten minste 2,5% of de
stijging van de CPI als deze hoger is.
De referteperiode voor de CPI is 1
oktober tot en met 30 september van
het voorgaande jaar.
Artikel 41
• Op de eerste dag van de eerste
loonperiode in 2020 worden zowel de
salarisschalen als de feitelijke salarissen
verhoogd met 2,6%.
EindejaarsuitkeringArtikel 42C
• De werknemer die in loonperiode 12
van enig jaar in dienst is van de
werkgever, ontvangt een structurele
eindejaarsuitkering van 2,01%.
• De uitkering wordt uitbetaald in
loonperiode 12 (met de loonbetaling
over periode 11, ongeveer een week na
einde loonperiode 11).
• De uitkering wordt berekend over het
basissalaris plus vakantiebijslag over de
arbeidstijd exclusief overwerk over
de voorafgaande 13 loonperiodes.
• Voor werknemers met een
voorovereenkomst wordt de
eindejaarsuitkering in het uurloon
van de werknemer opgenomen als
volgt: uurloon maal 1,08 maal 2,01%.
Artikel 42
• De werknemer die op 1 november van
enig jaar in dienst van de werkgever,
ontvangt een structurele
eindejaarsuitkering van 2,01% over 12
maal het basissalaris plus
vakantietoeslag.
De uitkering wordt betaald in november.
• Voor de bepaling van het basissalaris
wordt gekeken naar het gemiddeld aantal
daadwerkelijk gewerkte uren over de
52 weken (of 53 weken indien een
kalenderjaar uit 53 weken bestaat)
voorafgaand.
• Dit geldt ook voor werknemers met een
afroepovereenkomst met uitgestelde
prestatieplicht.
OnderwerpCao PBCao G4S AS
FunctiewaarnemingArtikel 43
• De toeslag bedraagt:
o € 0,16 (€ 0,16 per loonperiode 3 2019) bij waarneming van een functie die 1 salarisschaal hoger is ingedeeld;
o € 0,36 (€ 0,36 per loonperiode 3
2019) bij waarneming van een functie die 2 salarisschalen hoger is ingedeeld;
o € 0,61 (€ 0,61 per loonperiode 3
2019) bij waarneming van een functie die 3 of meer salarisschalen hoger is ingedeeld;
o De toeslag wordt jaarlijks met ingang van loonperiode 3
geïndexeerd op basis van het CBS prijsindexcijfer afgeleid met als peildatum oktober.
De waarneming mag maximaal 6
maanden duren, waarna de werkgever
een besluit tot bevordering of terugplaatsing moet nemen.
• De werknemer die tijdelijk geplaatst wordt in een functie die in een lagere salarisschaal is ingedeeld, blijft in zijn oude salarisschaal ingedeeld.
Artikel 43
Bij waarneming van organiek bepaalde
functie in een hogere salarisschaal,
bedraagt de toeslag per basisuurloon het
verschil in basissalaris per uur tussen
beide functies, bij een gelijk aantal
periodieken.

• De werknemer die tijdelijk geplaatst wordt
in een functie die in een lagere
salarisschaal is ingedeeld, blijft in zijn
oude salarisschaal ingedeeld.
Beloning bijzondere
uren
Artikel 44Artikel 44
Dezelfde tekst als in de cao PB.
OnderwerpCao PBCao G4S AS
Beloning vroege
opkomst
Artikel 45
Indien de werknemer een dienst aanvangt
tussen 00:00 uur en 05:30 uur, geldt voor deze
werknemer een extra bruto toeslag van 35%
van diens basissalaris over de gewerkte uren,
gerekend tot 06:00 uur.
Beloning feestdagenArtikel 45
• De werknemer die arbeid verricht op
een feestdag, heeft recht op een
toeslag op het basisuurloon van 50%.
Naast deze toeslag blijft het eventuele
recht op de toeslag bijzondere uren
(artikel 44) bestaan.
• De werknemer die arbeid verricht op
een feestdag op basis van een
afroepovereenkomst, heeft recht op
een toeslag van 100% op het
basisuurloon. De werknemer heeft in
dat geval geen recht op de toeslag
bijzondere uren (artikel 44).
Artikel 46
• De werknemer die arbeid verricht op een
feestdag, heeft recht op een toeslag op
het basisuurloon van 50%. Naast deze
toeslag blijft het eventuele recht op de
toeslag bijzondere uren (artikel 44) en
toeslag vroege opkomst (artikel 45)
bestaan.

• De werknemer die arbeid verricht op een
feestdag op basis van een
afroepovereenkomst, heeft recht op een
toeslag van 100% op het basisuurloon.
De werknemer heeft in dat geval geen
recht op de toeslag bijzondere uren
(artikel 44) en geen recht op de toeslag
vroege opkomst (artikel 45).
Beloning overwerkArtikel 46
De werknemer heeft over overwerk recht op
een toeslag van 50% over het basisuurloon.
Artikel 47
Dezelfde inhoud als cao PB.
Werkgever en werknemer kunnen echter
overeenkomen dat overuren in vrije tijd
worden gecompenseerd. In dat geval houdt
de werknemer recht op de toeslag.
Verschuivings-toeslagArtikel 47 !!!!De cao G4S AS kent geen
verschuivingstoeslagen. Omdat de
werknemers grotendeels zelf hun rooster
samenstellen, komen verschuivingen van
diensten niet tot zelden voor.
Beloning eerder
vastgestelde
roostervrije dagen
Artikel 47
De cao PB kent geen aparte bepaling voor
de situatie dat een dienst wordt ingedeeld op
een eerder vastgestelde roostervrije dag. Als
die situatie zich voordoet, dan gelden de
bepalingen voor de verschuivingstoeslag.
Artikel 48
• Indien de werknemer arbeid verricht op
een voor hem in een rooster vastgestelde
roostervrije dag of op een vastgestelde
adv-dag, heeft hij recht op een toeslag
van 30% op het basisuurloon.
• Indien de werkgever heeft verzuimd
voldoende voorgeschreven roostervrije
dagen in het rooster op te nemen en de
werknemer verricht arbeid op meer dan
20 dagen in die loonperiode, dan heeft
de werknemer recht op deze toeslag
voor alle dagen boven de 20. Ook indien
de werknemer de 8 roostervrije dagen
feitelijk niet heeft genoten, heeft hij recht
op deze toeslag.
• Desgewenst kan de werknemer de
gewerkte uren in vervangende vrije tijd
opnemen met behoud van de toeslag.
Tijd voor tijdArtikel 50
• Op verzoek van de werknemer kan de uitbetaling van diensten met een minimum van 4 uren, die verricht worden op roostervrije dagen, dan wel aansluitend aan een reeds verrichte dienst, worden vervangen door
bijschrijving in vrije tijd op de blauwe
kaart.
• In overleg met de werkgever kan de op de blauwe kaart geregistreerde vrije tijd worden opgenomen, waarbij doorbetaling van het salaris plaatsvindt.
Minimum vergoeding
bij dienst

aan de werknemer 3 basis-uurlonen met de daarop van toepassing zijnde reiskosten-vergoeding te verstrekken.
• Indien een dienst wordt verricht die korter duurt dan 3 uur, niet zijnde een gebroken dienst, dan worden de
werknemer toch 3 gewerkte uren berekend en betaald. Voor een gebroken dienst geldt dat 1 van de 2 dienstdelen minimaal 3 uur lang moet
zijn. Indien dit niet het geval is, geldt dat voor 1 van de 2 dienstdelen toch 3 gewerkte uren berekend en betaald
worden.
Artikel 21 lid 6 en lid 7
• –
• Indien bij oproep door de werkgever en
bij opkomst van de werknemer geen gebruik wordt gemaakt van zijn diensten,
is de werkgever verplicht om aan de
werknemer 4 basisuurlonen met de
daarop van toepassing zijnde reiskosten
en reistijdenvergoeding te verstrekken.
• Indien een dienst wordt verricht die korter
duurt dan 4 uur inclusief reisuren, niet
zijnde een gebroken dienst, dan worden
de werknemer toch 4 gewerkte uren
inclusief reisuren berekend en betaald.
Voor een gebroken dienst geldt dat 1 van
de 2 dienstdelen minimaal 4 uur,
inclusief reisuren, lang moet zijn. Indien
dit niet het geval is, geldt dat voor 1 van
de 2 dienstdelen toch 4 gewerkte uren
berekend en betaald worden.
Vereiste
vaardigheden
Artikel 51
Een werknemer met een bepaalde diploma
en/of vaardigheden kan recht hebben op een
toeslag. Artikel 51 beschrijft de hoogte van
deze toeslagen en welke voorwaarden er voor
gelden.
OnderwerpCao PBCao G4S AS
AfbouwregelingArtikel 51
• De volgende beloningselementen
komen in aanmerking voor afbouw:
o Bijzondere uren;
o Structureel overwerk;
o Toeslag algemene reserve.
• De afbouwregeling gaat in indien het
bruto-verschil tussen het oude en het
nieuwe inkomen groter is dan € 22,69
bruto per loonperiode en nadat de
hogere vaste inkomensstructuur ten
minste 13 loonperioden voorafgaand
aan de verandering heeft bestaan.
Artikel 52
• De volgende beloningselementen komen
in aanmerking voor afbouw:
o Bijzondere uren;
o Toeslag vroege opkomst (artikel
45);
o Structureel overwerk;
o Toeslag vereiste vaardigheden
(artikel 51).
• De afbouwregeling gaat in indien het
bruto-verschil tussen het oude en het
nieuwe inkomen groter is dan € 24,58
bruto per loonperiode en nadat de hogere
vaste inkomensstructuur ten minste 12
loonperioden voorafgaand aan de
verandering heeft bestaan. (NB: bedrag
van € 24,58 is hetzelfde als € 22,69, maar
dan omgerekend naar een loonperiode
van een maand, zoals die geldt bij G4S
AS).
Persoonlijke toeslagArtikel 53
Medewerkers die op 31 december 2008 in
dienst waren van G4S AS ontvangen een
persoonlijke toeslag als compensatie van de
harmonisatie van de vakantietoeslag. De
persoonlijke toeslag is 0,2% van de grondslag
van de vakantietoeslag, vanaf 1 januari 2009.
ReisvergoedingArtikel 52
• De werknemer heeft vanaf 9 kilometer
recht op een reisvergoeding voor het
woon-werk- en werk-woonverkeer.
Deze vergoeding bedraagt per
reisbeweging € 0,18 per kilometer over
alle kilometers.
Vanaf 41 kilometer geldt per
reisbeweging een aanvullende bruto
reisvergoeding. Deze vergoeding bedraagt per reisbeweging € 0,16 per
kilometer voor elke kilometer boven de
40.

Indien de werknemer op eigen
initiatief en zonder toestemming van de
werkgever verhuist naar een andere
woonplaats dan waar hij woonde tijdens
het afsluiten van de
arbeidsovereenkomst, is de werkgever
niet verplicht een hogere
reisverdoeding te betalen. Indien de
werkgever de toestemming niet geeft,
zal de hoogte van de reisvergoeding
telkens worden vastgesteld vanuit de oude woonplaats van de werknemer.
De aldus vastgestelde vergoedingen
worden uitgekeerd overeenkomstig de
regels van de belastingwetgeving. Dat
wil zeggen dat daarbij wordt uitgegaan
van de werkelijke woonplaats.
• Indien de werkgever het
bedrijfseconomisch noodzakelijk acht,
kan hij bepalen dat de nieuwe
woonplaats het uitgangspunt voor de
reisvergoeding is.
Artikel 54
• De werknemer heeft recht op een
reisvergoeding voor het woon-werk- en
werk-woonverkeer. Deze vergoeding bedraagt per reisbeweging € 0,18 per kilometer over alle kilometers.
• De werknemer die op een ander dan het
voor hem gebruikelijke object diensten
moet verrichten en waarbij de afstand tussen zijn woning en het object meer bedraagt dan 40 kilometer, ontvangt per reisbeweging een aanvullende bruto reisvergoeding. Deze vergoeding bedraagt per reisbeweging € 0,16 per kilometer voor elke kilometer boven de
40.
Over het declareren van de parkeerkosten zijn de bepalingen gelijk aan de cao PB. Aanvullend geldt echter:
o Indien het openbaar vervoer niet toereikend is bij aanvang van een vroege en/of late dienst en de werkgever is aangewezen op eigen vervoer, vergoedt de werkgever de parkeerkosten. De werknemer moet gebruik maken van de door
werkgever aangewezen parkeervoorziening op de luchthaven. Indien de werknemer verplicht is een maandabonnement te nemen, dan wordt het verplichte maandabonnement volledig vergoed.
De werkgever kan ook een alternatief bieden indien de kosten hiervan volledig door de werkgever vergoed worden.
• Reiskosten woon-werkverkeer worden
vergoed op basis van het feitelijke woonadres, waarbij een maximum van 40 km per enkele reis. Uitzondering geldt voor de werknemers die bij indiensttreding voor 31-12-2018 een
enkele reisafstand hadden van meer dan 40 km enkele reis en deze afstand boven de 40 km ook vergoed werd. Deze vergoeding blijven betreffende medewerkers houden waarbij een maximum geldt van de huidige woon werkafstand (peildatum 31-12-2018).


MaaltijdvergoedingArtikel 53
• De werknemer heeft op declaratiebasis
recht op een maaltijdvergoeding van
maximaal € 9,27 (per loonperiode 3
2019).
• De vergoeding wordt jaarlijks met
ingang van loonperiode 3 geïndexeerd
op basis van het CBS prijsindexcijfer
afgeleid met als peildatum oktober. Er
wordt rekening gehouden met de
maximale fiscale mogelijkheden.
Artikel 55
Dezelfde inhoud als cao PB, met als
aanvulling:
De medewerkers die nu recht heeft op de
persoonlijke toeslag van artikel 52 lid 2
sub b uit de cao G4S AS tot juli 2018,
heeft een keuze gemaakt tussen die
persoonlijke toeslag (vaste
maaltijdvergoeding) of een vergoeding op
declaratiebasis zoals vermeld in dit
artikel.
Consignatie
vergoeding
Artikel 55
• De werknemer aan wie een consignatie
zoals bedoeld in artikel 35 is opgelegd,
heeft recht op een
consignatievergoeding van:
o € 1,12 (per loonperiode 3 2019)
per uur;
o € 2,23 (per loonperiode 3 2019)
per uur tussen zaterdag 00:00 en
zondag 24:00 uur en feestdagen.
• De werknemer die anders dan in
consignatie bereikbaar moet zijn om
telefonisch opvolging te kunnen geven
in het kader van te nemen actie, heeft
recht op een vergoeding van € 55,82
(per loonperiode 3 2019) bruto per
loonperiode.
• Deze vergoeding wordt jaarlijks met
ingang van loonperiode 3 geïndexeerd
op basis van het CBS prijsindexcijfer
afgeleid met peildatum oktober.
Artikel 57
Dezelfde inhoud als cao PB.
HondenvergoedingArtikel 56
• De werknemer die beveiligingsdiensten
moet verrichten met een hond ontvangt
een bruto toeslag van € 89,67 (per
loonperiode 3 2019) per loonperiode.
• De werkgever verstrekt daarnaast een
vergoeding van € 112,09 (per
loonperiode 3 2019) netto per
loonperiode voor alle kosten waar
onder aanschaf van de hond,
huisvesting, voer, dierenarts,
verzorgingsmiddelen, trainingsmateriaal
en lidmaatschappen. Deze vergoeding
bedraagt € 67,25 (per loonperiode 3
2019) per loonperiode als de
werkgever eigenaar is van de hond.
• De werkgever kan er voor kiezen de
netto kostenvergoeding te laten
vervallen. De werknemer heeft dan
recht op een vergoeding op
declaratiebasis voor het werken met de
hond tegen inlevering van BTW-bonnen
voor alle kosten.
• Indien de werknemer extra kosten
moet maken voor het vervoer van de
hond, worden deze kosten door de
werkgever op declaratiebasis vergoed
tot het maximaal fiscaal toegestane.
• De werkgever moet op verzoek van
werknemers die met een hond diensten
verrichten trainingsfaciliteiten in de
nabijheid van hun woonplaats
regelen.
• De opleidingstijd van de voor de
functie-uitoefening noodzakelijke en
verplichte trainingen, gelden als arbeidsuren. Als noodzakelijk wordt in
dit kader aangemerkt gemiddeld 11
uur per loonperiode.
• De kosten van de voor de functie
uitoefening noodzakelijke trainingen
worden vergoed.
• Werkgever vergoedt de kosten van
schade en/of letsel tijdens werktijd en/of
woon-werkverkeer volledig.
Werkgever verstrekt een lening voor
aanschaf van de hond waarmee de
beveiligingsdiensten worden verricht
met een terugbetalingstermijn van 8
jaar. Bij vroegtijdig overlijden van de
hond neemt de werkgever de
resterende lening van de werknemer
over.
• De in dit artikel genoemde toeslagen
worden jaarlijks met ingang van
loonperiode 3 geïndexeerd conform het
prijsindexcijfer afgeleid met als
peildatum oktober.
• Bij beëindiging van beveiligingswerk
met de hond is op de brutotoeslag in lid
1 de afbouwregeling van artikel 51
van toepassing
StomerijvergoedingArtikel 57
• De werknemer heeft ten minste 1 keer
per 4 weken recht op een vergoeding
op declaratiebasis van de kosten van
het chemisch reinigen van zijn
uniformkleding.
Artikel 58
• De werknemer heeft recht op een
vergoeding van de kosten van het
chemisch reinigen van zijn
uniformkleding, conform stomerijkaart
van Ticket Clean Way of minimaal 1
maal per 4 weken.
JubileumvergoedingArtikel 54
Werkgevers die reeds een andere
regeling kennen, kunnen op verzoek
dispensatie krijgen mits de bestaande
regeling materieel ten minste
overeenkomt met de cao-verplichting.
Artikel 60
Inhoudelijk hetzelfde als cao PB
Terugbetaling
studiekosten
verplichte opleiding
Artikel 61Artikel 62
Dezelfde inhoud als cao PB
Vrijwillige opleiding /
Leerbudget
Artikel 62 Vrijwillige opleiding
Indien de werkgever daarmee
schriftelijk instemt, kan de werknemer
op eigen verzoek een bedrijfs- of
bedrijfstakopleiding volgen. Indien de
werkgever niet akkoord gaat met een
dergelijk verzoek, zal hij de afwijzing
schriftelijk motiveren.
Individuele afspraken over het volgen
van opleidingen en de daarmee
gepaard gaande kosten moeten in een
schriftelijke studieovereenkomst
vastgelegd worden.
Artikel 63 Vrijwillige opleiding
Dezelfde inhoud als cao PB
OnderwerpCao PBCao G4S AS
EHBO/BHVArtikel 63
• Werknemers die op 1 januari 2003 in
het bezit zijn van een EHBO- of BHV
diploma, zullen in de gelegenheid
gesteld worden hun diploma in stand te
houden.
• Werknemers kunnen door de werkgever
verplicht worden een EHBO- of BHV
diploma te halen. In dat geval wordt het
behalen van het diploma gezien als een
verplichte opleiding.
• Werknemers die vrijwillig het EHBO
diploma willen halen en geldig willen
houden, worden hiervoor door de
werkgever in de gelegenheid gesteld.
Het volgen van de cursus en/of
herhalingslessen wordt niet gezien als
arbeidstijd. De werkgever zal wel
zoveel als mogelijk rekening houden
met het inplannen van de werknemer.
Ook de reiskosten worden in dit geval
niet vergoed.
VakantierechtArtikel 64
• De aanspraak van een fulltimer
bedraagt in totaal 182,4 uur of 24
dagen per jaar. Dit betekent dat per 4
weken 1,85 vakantiedagen of 14,03
vakantie-uren worden opgebouwd. Voor
bedrijven met een GWT-vergunning
(NB: Geld en Waardetransport) geldt
dat de aanspraak in totaal 190 uur of 25
dagen bedraagt. Dit betekent dat per 4
weken 1,92 vakantiedagen of 14,62
vakantie-uren worden opgebouwd.
• In geval er geen dienst is ingeroosterd
bedraagt:
o 1 dag vakantie 7,6 uur;
o 1 week vakantie 38 uur;
o 4 weken vakantie 152 uur. • Op het moment dat er een dienst is
ingeroosterd, bedraagt de vakantiedag
de duur van de ingeroosterde dienst.
• De parttimer heeft een
vakantieaanspraak overeenkomstig de
arbeidstijd per loonperiode. Het
vakantierecht wordt opgebouwd over
maximaal 152 uur per loonperiode. Op
het moment dat een dienst is
ingeroosterd, bedraagt de vakantiedag
de duur van de ingeroosterde dienst.
Als er nog geen dienst is ingeroosterd,
dan wordt de duur van de vakantiedag
bepaald naar rato van de arbeidsduur.
• Voor de werknemer met een
afroepovereenkomst wordt het recht
op vakantiedagen per loonperiode
omgezet in een geldelijke uitkering.
Deze bedraagt over maximaal 152 uur
per loonperiode 9,24% van het voor
hem geldende loon.
• Zowel de wettelijke als de
bovenwettelijke vakantiedagen
vervallen na 5 jaar na de laatste dag
van het kalenderjaar waarin de dagen
zijn opgebouwd.
Artikel 64
• De aanspraak van een fulltimer bedraagt
in totaal 192 uur of 24 dagen per jaar. Dit
betekent dat per loonperiode 2
vakantiedagen of € 16,00 vakantie-uren
worden opgebouwd.
• De parttimer heeft een
vakantieaanspraak overeenkomstig de
arbeidstijd per loonperiode. Het
vakantierecht wordt opgebouwd over
maximaal de fulltimenorm per
loonperiode.
• Voor de werknemer met een
afroepovereenkomst wordt het recht op
vakantiedagen per loonperiode omgezet
in een geldelijke uitkering. Deze bedraagt
over maximaal 152 uur per loonperiode
9,24% van het voor hem geldende loon.
• Zowel de wettelijke als de bovenwettelijke
vakantiedagen vervallen na 5 jaar na de
laatste dag van het kalenderjaar waarin
de dagen zijn opgebouwd.
OnderwerpCao PBCao G4S AS 
Vaststellen
vakantierecht
Artikel 65
• De werknemer mag meer dan 3 weken
aaneengesloten vakantie opnemen,
mits deze vakantie wordt opgenomen in
de periode van 1 januari t/m 30 juni
van enig jaar of van 7 september t/m
30 november.

• Indien de werknemer een meerdaagse
vakantie heeft aangevraagd, moet de
werkgever deze binnen 1 maand
schriftelijk en gemotiveerd uitsluitsel
geven. Indien de werknemer na 1
maand geen antwoord van de
werkgever op zijn aanvraag heeft
ontvangen, wordt de aanvraag geacht
te zijn toegekend.
• Indien de werknemer voor 1 januari
vakantie heeft aangevraagd voor de
daaropvolgende zomerperiode (de
periode tussen 30 april en 1 oktober),
moet de werkgever die aanvraag
uiterlijk op 31 januari schriftelijk
beantwoorden. Indien de werknemer
op 1 februari geen antwoord van de werkgever op zijn aanvraag heeft
ontvangen, wordt aanvraag geacht te
zijn toegekend. Bij de toekenning van
verlof (binnen een team) wordt binnen
de onderneming een systematiek
gehanteerd die er in resulteert dat het
daadwerkelijk toekennen van de
vakantie-aanvragen gebaseerd is op de
mate van toekenning van eerdere
vakantie-aanvragen.
Artikel 65
• De werknemer mag meer dan 3 weken
aaneengesloten vakantie opnemen,
mits deze vakantie wordt opgenomen in
de periode van 1 januari t/m 30 april van
enig jaar of van 1 november t/m 31
december.
• Indien de werknemer buiten het
verlofjaarplan een meerdaagse vakantie
heeft aangevraagd, moet de werkgever
deze binnen 1 maand schriftelijk en
gemotiveerd uitsluitsel geven. Indien de
werknemer na 1 maand geen antwoord
van de werkgever op zijn aanvraag heeft
ontvangen, wordt de aanvraag geacht te
zijn toegekend.
• De toekenning van vakantie vindt plaats
aan de hand van een puntensysteem.
Medewerkers die in enig jaar niet in de
door hen aangevraagde periode op
vakantie kunnen ontvangen punten voor
het volgende vakantiejaar. De toekenning
van het verlof in het volgende jaar
geschiedt op basis van het aantal punten dat is opgebouwd. Bij een gelijk aantal
punten wordt het verlof toegekend op
basis van anciënniteit.
 
Loon tijdens vakantieArtikel 66
• De waarde van de vakantiedagen die
werknemer aan het einde van enig jaar
nog niet heeft opgenomen worden
vastgesteld. De waarde van deze
vakantiedagen groeit niet mee met de
loonontwikkeling van de werknemer.
Artikel 66
• De waarde van de vakantierechten wordt
bepaald aan de hand van de definitie van
vakantieloon (NB: Het loon voortvloeiend
uit het basissalaris per uur, vermeerderd
met de in de voorgaande 3 loonperioden
verdiende gemiddelde ORT). De
loonontwikkeling van de werknemer
werkt wel door in de waarde van de
vakantierechten.
 
FeestdagenArtikel 67
• De werknemer heeft bij iedere feestdag
die valt op een doordeweekse dag recht
op een extra vakantietegoed zoals
beschreven in artikel 67.
• Bij de fulltimer of parttimer die op een
doordeweekse dag geen arbeid
verricht en niet roostervrij is, zal deze
feestdag worden aangemerkt als
vakantiedag.
Artikel 64 en artikel 65
Dezelfde inhoud als de cao PB.
 
VakantiebijslagArtikel 68
• De werknemer heeft uiterlijk in de
maand juni recht op een
vakantiebijslag van 8%. Deze wordt
berekend over de in de loonperiode 5
van enig jaar tot en met loonperiode
4 verdiende salarisbestanddelen:
o Basissalaris;
o Meeruren;
o Toeslag bijzondere uren inclusief
toeslag in het ziektegeld;
o Feestdagentoeslag;
o Structureel overwerk (inclusief
overwerktoeslag);
o Overige vaste toeslagen
Artikel 67
• De werknemer heeft uiterlijk in de
maand juni recht op een vakantiebijslag
van 8%. Deze wordt berekend over de in
het vakantiejaar (1 juni tot en met 31
mei) verdiende salarisbestanddelen:
o Basissalaris;
o Meeruren;
o Toeslag bijzondere uren inclusief
toeslag in het ziektegeld;
o Feestdagentoeslag;
o Structureel overwerk (inclusief
overwerktoeslag);
o Overige vaste toeslagen
 
Buitengewoon verlof
en kort verzuim
Artikel 69
• Bij overlijden van familieleden:
o Echtgeno(o)t(e), zijn levenspartner
of van een tot het gezin behorend
kind, pleegkind of stiefkind van de
werknemer: het aantal dagen van
de dag van overlijden t/m de dag
van de begrafenis/crematie;
o Eén der (schoon)ouders of een niet
tot het gezin behorend kind,
pleegkind of stiefkind van de
werknemer, indien werknemer
zorgdraagt voor alles dat met de begrafenis/crematie van doen
heeft: het aantal dagen van de dag
van overlijden t/m de dag van de
begrafenis/crematie;
o Eén der (schoon)ouders of een
niet tot het gezin behorend kind,
pleegkind of stiefkind van de
werknemer: 2 dagen;
o Op de dag van de
begrafenis/crematie van
(over)grootouders,
(over)grootouders van de
echtgeno(o)t(e), kleinkinderen,
broers, zusters, schoonzoons,
schoondochters, zwagers en
schoonzusters: 1 dag.
• Bij ondertrouw: 1 dag.
• Bij 25-, 40-, 50-, 60- of 70-jarig
huwelijksjubileum van de werknemer,
diens ouders of schoonouders: 1 dag.
• Gedurende kortdurend zorgverlof wordt
het loon volledig doorbetaald voor
tweemaal de wekelijkse arbeidstijd per
jaar.   • Bij doktersbezoek:
o De noodzakelijk te verzuimen uren
bij bezoek aan specialist (na
verwijsbrief);
o Bezoek aan huisarts, tandarts en
therapeut moet zoveel mogelijk in
vrije tijd van de werknemer
plaatsvinden; indien dit onmogelijk
is: de noodzakelijk te verzuimen
uren.
• Bij verhuizing:
o Bij verhuizing van de werknemer,
met een maximum van eens per 2
jaar: 1 dag;
o Bij verhuizing van de werknemer
als dit gebeurt op verzoek van
werkgever: 2 dagen.
• Bij examens:
o Voor het afleggen van SVPB
examens voor het diploma Beveiliger of Coördinator
Beveiliger: 1 dag;
o Voor examens van andere
cursussen, die zijn gemeld aan en
goedgekeurd door de werkgever:
noodzakelijk te verzuimen uren.
• In verband met vakbondsverlof:
o Ten hoogste 8 kalenderdagen
per jaar voor leden die deel
uitmaken van één van de
besturende organen van de
vakbond of afgevaardigde van een
afdeling is;
o Ten hoogste 6 kalenderdagen
per jaar voor lid van een
vakbond;
o Voor het volgen/bijwonen van de
cao-onderhandelingen bijzonder
verlof voor maximaal 3 kaderleden
per vakorganisatie.
Bij uitoefening van het stemrecht,
voor zover dit niet buiten de diensttijd
heeft kunnen plaatsvinden: maximaal 2
uur.
Bij wettelijke of
overheidsverplichtingen, onder de
voorwaarden zoals in de cao
beschreven: 1 dag.
Artikel 68
Dezelfde tekst als cao PB.
 
Ziekte en arbeids
ongeschiktheid:
Uitkering bij
dienstverband korter
dan 13 loonperioden
Eerste ziektedag geldt als wachtdag,
behalve als de arbeidsongeschiktheid
het gevolg is van een bedrijfsongeval of
beroepsziekte, bij zwangerschap of
bevalling, orgaandonatie of ziekte van
een arbeidsgehandicapte werknemer.


Artikel 70
Analoge inhoud aan cao PB.
 
Ziekte en arbeids
ongeschiktheid:
Uitkering bij
dienstverband van 13 loonperioden of
langer
Artikel 72
• Doorbetaling van het loon
(gemaximeerd op max SV-loon):
o Gedurende de eerste 6 maanden:
100%; o Gedurende de tweede 6
maanden: 90%;
o Gedurende het tweede ziektejaar:
85%.   • Gedeeltelijk arbeidsongeschikte
werknemers die in hun derde en vierde
ziektejaar onder de 35-80% WGA
regeling vallen, hebben recht op een
loonsuppletie van 10% op hun
loongerelateerde uitkering.
Artikel 71
Analoge inhoud aan cao PB.
 
Werkhervatting
gedeeltelijk
arbeidsgeschikten
(WGA)-premie
Artikel 77
De verdeling van de WGA-premie bedraagt
50-50%, rekening houdend met het jaarlijks
door de overheid vastgestelde rentehobbel,
welke aan werknemerszijde wordt verrekend.
 
Uitkering bij
overlijden (NB: niet
vanwege ongeval)
 
80-90-100-regelingArtikel 79Artikel 79 lid 8
G4S AS zoekt aansluiting bij cao PB.
 
Arbeidstijdverkorting
oudere werknemer
• De werknemer – zowel de fulltimer als
de parttimer – heeft vanaf 1 januari
2021 recht op arbeidstijdverkorting:
o Bij 60 jaar: 1 dag per jaar
o Bij 61 jaar: 2 dagen per jaar
o Bij 62 jaar: 3 dagen per jaar
o Bij 63 jaar: 3 dagen per jaar
o Bij 64 jaar: 3 dagen per jaar
o Bij 65 jaar: 4 dagen per jaar
o Bij 66 jaar: 5 dagen per jaar
• Voor de fulltimer van 57 jaar en ouder
die op 1 januari 2021 al recht had op
arbeidstijdverkorting geldt:
o Bij 57 jaar op 01-01-2021: 1 dag
per jaar.
o Bij 58 jaar op 01-01-2021: 2 dagen
per jaar.
o Bij 59 jaar op 01-01-2021: 3 dagen
per jaar.
o Bij 60 jaar op 01-01-2021: 4 dagen
per jaar.
o Bij 61 jaar op 01-01-2021: 5 dagen
per jaar.
o Bij 62 jaar op 01-01-2021: 6 dagen
per jaar.
o Bij 63 jaar op 01-01-2021: 7 dagen
per jaar.
o Bij 64 jaar op 01-01-2021: 8 dagen
per jaar.
o De arbeidstijdverkorting die de
fulltime medewerker op 1 januari
2021 heeft, wordt pas verhoogd als
de werknemer op basis van de
nieuwe arbeidstijdverkortingsregels
per 1 januari 2021 recht heeft op
extra arbeidstijdverkorting.
Artikel 79
Analoge inhoud aan cao PB. De wijzigingen
als gevolg van de invoering van de 80-90-100-
regeling zijn nog niet opgenomen in de cao
G4S AS. De bedoeling is ook hier dat G4S AS
aansluit bij de cao PB.
 
ContractswisselingArtikel 95A en artikel 95B • Verschil in bepalingen bij
contractswisseling t/m 15.000 uur en
contractswisseling bij meer dan 15.000
uur.
• –
• Nieuwer arbeidsovereenkomst bij
verkrijgende partij
arbeidsvoorwaarden komen overeen
met vorige arbeidsvoorwaarden.
Artikel 90 en artikel 91Zelfde inhoud als bij cao PB.

  • –

Zelfde inhoud als bij cao PB.

Vakbondswerk in de
onderneming
Artikel 102Artikel 98
Dezelfde inhoud als cao PB.
Verbijzonderde
regeling
arbeidsvoorwaarden
Geld- en
Waardelogistiek
Hoofdstuk 16

SALARISTABELLEN
Opmerkingen vooraf

  • Opgenomen zijn de salaristabellen op 31 december 2020. (tabellen van G4S 2022 zijn niet bekend).
  • In de cao PB vindt per loonperiode 1 van 2021 en volgende jaren een periodieke loonsverhoging plaats.
  • De cao G4S AS is afgelopen per 1 oktober 2020. Normaal gesproken volgt de cao G4S AS de cao PB voor wat betreft de structurele loonsverhogingen.
  • De opgenomen salaristabellen zijn gelet op voorgaande de salaristabellen die gelden op 31 december 2020.
  • De functiegroepen tussen de verschillende salaristabellen zijn niet per sé onderling vergelijkbaar. Een beveiliger kan in de ene cao bijvoorbeeld in schaal 2 worden geplaatst, terwijl dat in een andere cao een andere schaal is. Omdat een beveiliger bij G4S AS in schaal 2 zit en bij de cao PB in schaal 3, zijn deze schalen naast elkaar gezet.
  • Werknemers van G4S AS hebben adv-dagen. Dat hadden werknemers die onder de cao PB vallen voorheen ook. De adv in de cao PB is afgeschaft,
    wat toen heeft geleid tot een hoger uurloon. Het is goed om daar rekening mee te houden bij vergelijking van de uurlonen.
  • Ook werken de verschillende CAO’s met een andere FT urennorm. PB is 152 uur per 4 weken oftewel 164.66 uur per maand en G4S AS heeft een norm van 173.33 uur per maand. Een beveiliger in PB schaal 3 trede 5 heeft dus 13,56 x 164.66 = 2232,79 euro per maand en een beveiliger in G4S AS zit dan in schaal 2 trede 5 en heeft 12,44 x 173.33 = 2156.23 per maand
  • Legenda: P = PB; G = G4S AS;

Functieschalen (uurloon in euro’s) 
Per.P-2G-1P-3G-2P-4G-3P-5G-4P-6G-5P-7G-6
011,9611,2611,2611,3411,59
112,2311,2612,4911,2611,6711,92
212,7611,4513,0312,0012,25
313,0311,7813,2912,3312,5813,27
413,2912,1113,5612,6513,8212,9113,6013,85
513,5612,4413,8212,9814,0913,2414,3613,9314,18
613,8212,7614,0913,3114,3613,5614,6214,2615,1514,51
714,0913,0914,3613,6414,6213,8914,8914,5815,4214,84
814,3613,4214,6213,9714,8914,2215,1514,9115,6815,17
914,6213,7514,8914,3015,1514,5515,4215,2415,9515,49
1014,8914,0815,1514,6315,4214,8815,6815,5716,2215,82
1114,4115,4214,9615,6815,2115,9515,9016,4816,15
1214,7415,6815,2815,9515,5416,2216,2316,7516,48
1315,6116,2215,8716,4816,5617,0116,81
1416,1916,7516,8917,2817,14
1517,2117,5617,47
1617,8417,80
1718,12
1818,22